Op voorstel van de ministers van Gezondheid, Elke Van den Brandt en Alain Maron, hebben de Brusselse ministers onlangs besloten dat alle aanvragen voor vrijwillige zwangerschapsafbreking in de Brusselse ziekenhuizen in de toekomst moeten worden behandeld. Voortaan zal elk ziekenhuis alle aanvragen voor vrijwillige zwangerschapsafbreking moeten opvolgen, zonder de optie om gewoon te weigeren. De individuele gewetensbezwaren van artsen zullen dus niet langer een obstakel vormen voor vrouwen die een vrijwillige zwangerschapsafbreking in het ziekenhuis willen laten uitvoeren. Een woordje uitleg.
Alain Maron, Brussels minister van Gezondheid: “Elke vrouw moet vrij zijn om over haar lichaam te beschikken. Voor de Brusselse regering omvat dat het recht op een vrijwillige zwangerschapsafbreking in het ziekenhuis van iemands keuze, onder de wettelijk bepaalde voorwaarden. Het is niet langer aanvaardbaar dat een vrouw in Brussel in 2023 een vrijwillige zwangerschapsafbreking in het ziekenhuis geweigerd wordt. In de toekomst zal elk ziekenhuis ofwel de aanvraag rechtstreeks moeten behandelen binnen het ziekenhuis, ofwel een effectief en concreet voorstel moeten doen voor de behandeling van de aanvraag voor vrijwillige zwangerschapsafbreking in een ander ziekenhuis van zijn netwerk. Die verplichting van netwerkvorming tussen ziekenhuizen zal de effectiviteit van het recht op vrijwillige zwangerschapsafbreking – zoals gewaarborgd door de wet – en de keuzevrijheid van vrouwen versterken.”
Zesde staatshervorming
Het Brussels Gewest beschikt over een dicht ziekenhuisnetwerk dat lokale gezondheidsdiensten aanbiedt aan de Brusselaars, maar ook gespecialiseerde diensten, waarvan de reputatie de gewestgrenzen overschrijdt. De zorg voor de patiënten in die ziekenhuizen verschilt echter van ziekenhuis tot ziekenhuis, waardoor er verschillen ontstaan in de toegankelijkheid en de kwaliteit van de zorg.
Het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel heeft daarom eind mei een besluit aangenomen waarin nieuwe normen worden vastgesteld voor de toegankelijkheid en de kwaliteit van de zorg voor alle Brusselse ziekenhuizen. Het Brussels Gewest is daarmee het eerste gewest dat invulling geeft aan die bevoegdheid, die in 2014 werd overgedragen in het kader van de zesde staatshervorming.
Recht op vrijwillige zwangerschapsafbreking in het ziekenhuis
Onder die nieuwe normen werd het recht op een effectieve behandeling van vrijwillige zwangerschapsafbreking in alle ziekenhuizen versterkt. Op dit moment is vrijwillige zwangerschapsafbreking in sommige ziekenhuizen namelijk niet mogelijk wegens individuele gewetensbezwaren van artsen, wat voortvloeit uit de federale wet. Dat leidt er soms toe dat aanvraagsters worden afgewezen zonder een concrete oplossing, waardoor ze worden opgezadeld met de last om een ziekenhuis te vinden dat dat recht garandeert. Voor personen die kwetsbaar of onvoldoende geïnformeerd zijn, kan dat tot gevolg hebben dat de vrijwillige zwangerschapsafbreking niet wordt uitgevoerd – en dus een essentieel recht op gezondheid niet kan worden uitgeoefend – binnen de tijdslimiet die door de federale wet wordt voorgeschreven.
Om de effectiviteit van dat recht te waarborgen, moet een ziekenhuis dat een aanvraag voor vrijwillige zwangerschapsafbreking niet kan behandelen, daarom een overeenkomst hebben gesloten met ten minste één ander ziekenhuis van zijn netwerk om een effectieve opvolging van de aanvraag van de patiënte te garanderen, met het grootste respect voor haar.
Het recht op een vrijwillige zwangerschapsafbreking is dus versterkt en de keuze van de patiëntes wordt nog beter gerespecteerd.
Samengevat:
- Vrijwillige zwangerschapsafbreking zal in elk ziekenhuis mogelijk moeten zijn.
- Om de effectiviteit van dat recht te waarborgen, moet een ziekenhuis dat geen vrijwillige zwangerschapsafbreking kan garanderen binnen het ziekenhuis, een overeenkomst hebben gesloten met ten minste één ander ziekenhuis van zijn netwerk om deze zorg te kunnen verlenen met het grootste respect voor de keuze van de patiënte. In dat geval moet het ziekenhuis ervoor zorgen dat patiëntes correct worden geïnformeerd en worden doorverwezen naar het ziekenhuis waarmee de overeenkomst is gesloten.
Die norm zal vanaf januari 2024 in werking treden.