Skip to main content

Luchtverontreiniging is in België de oorzaak van ongeveer 9.000 vroegtijdige sterfgevallen per jaar. Beter openbaar vervoer, veiligere actieve verplaatsingswijzen of stimulansen voor minder vervuilende voertuigen, er worden tal van maatregelen genomen om dit fenomeen in onze hoofdstad tegen te gaan. De resultaten zijn overigens zichtbaar: Brussel verandert en de lucht wordt er geleidelijk gezonder.

Om de klimaat- en luchtkwaliteitsdoelstellingen te halen die het Brussels Gewest zichzelf heeft opgelegd, moeten we in die richting verder gaan. Om de transitie naar minder vervuilende mobiliteit te versnellen en ervoor te zorgen dat ze op een eerlijke en solidaire manier gebeurt, heeft de Brusselse regering zopas, op initiatief van minister van Leefmilieu en Gezondheid Alain Maron, drie nieuwe sociale maatregelen goedgekeurd om de Brusselaars te helpen andere verplaatsingsgewoonten aan te nemen:

  • de verhoging van de Brussel’Air-premie voor gezinnen met een laag inkomen;
  • de invoering van nieuwe vrijstellingen van de lage-emissiezone (LEZ) voor personen met een handicap;
  • de lancering van een nieuw aanbod deelauto’s voor specifieke doelgroepen (eenoudergezinnen, nachtwerkers, personen met beperkte mobiliteit, enz.).

Ten eerste wordt de Brussel’Air-premie verhoogd: het maximumbedrag wordt in 2024 opgetrokken van 900 euro naar 1.000 euro voor gezinnen met een laag inkomen, zodat ze kunnen gebruikmaken van een steeds breder aanbod aan mobiliteitsoplossingen. De herziene Brussel’Air-premie kent trouwens een groeiend succes, vooral bij de meest kwetsbare gezinnen: in 2022 werden meer dan 2.300 premies toegekend (drie keer meer dan in de voorgaande jaren), waarvan 60% aan gezinnen met een laag inkomen of gezinnen met een persoon met een handicap.

Vervolgens wordt, om de volgende mijlpaal in de uitvoering van de LEZ in 2025 te begeleiden, een nieuwe vrijstelling ingevoerd voor personen met beperkte mobiliteit. Alle personen met een gehandicaptenparkeerkaart kunnen daardoor een vrijstelling van de LEZ aanvragen. Die vrijstelling wordt ook toegekend voor de specifiek aangepaste voertuigen voor personen met een handicap die toebehoren aan de ouders van minderjarige gehandicapten of aan personen die erkend zijn als mantelzorger (met sociale rechten), zelfs als ze niet op hetzelfde adres wonen. Met die nieuwe vrijstellingen zorgt de regering ervoor dat de LEZ niet alleen effectief is in de strijd tegen luchtverontreiniging, maar ook sociaal rechtvaardig, in het bijzonder voor personen met beperkte mobiliteit. Personen met een handicap zijn immers vaker dan valide personen sterk afhankelijk van hun auto om zich te verplaatsen. Ondanks het bestaan van specifieke diensten hebben ze objectief gezien ook moeilijker en soms onmogelijk toegang tot mobiliteitsalternatieven (openbaar vervoer, mobiliteit op aanvraag, deelauto’s, enz.) als ze hun auto opgeven.

De regering lanceert ook een projectoproep om autodelen voor specifieke doelgroepen te ontwikkelen. Via die oproep, gelanceerd door Leefmilieu Brussel, in samenwerking met Brussel Mobiliteit, zullen proefprojecten worden gecofinancierd die tot doel hebben autodelen toegankelijker te maken voor eenoudergezinnen, personen met beperkte mobiliteit, gezinnen met een laag inkomen, senioren, nachtwerkers, enz. Autodelen is niet alleen een echte stimulans voor multimodaliteit, het is ook een goedkoop en efficiënt alternatief voor het bezit van een eigen voertuig. Autodelen zit in de lift in Brussel. De regering wil ervoor zorgen dat de voorgestelde oplossingen toegankelijk zijn voor alle bevolkingscategorieën, zodat iedereen toegang heeft tot duurzame mobiliteitsalternatieven. Voor dat initiatief wordt 400.000 euro uitgetrokken.

Tot slot is de opname van de gemotoriseerde tweewielers in de LEZ, die oorspronkelijk gepland was voor 2025, met drie jaar uitgesteld om de administraties voldoende tijd te geven om de eigenaars van die voertuigen te informeren en hen in staat te stellen van verplaatsingswijze of voertuig te veranderen. Aangezien die voertuigen niet aan een technische keuring[1] zijn onderworpen, is het immers moeilijker om alle eigenaars goed te informeren. Er is vastgesteld dat er meer informatie nodig is. Het draagvlak voor de LEZ is namelijk gebaseerd op de voorspelbaarheid van de mijlpalen, waardoor iedereen de tijd krijgt om zich aan te passen.

Deze maatregelen zijn een aanvulling op tal van maatregelen en hervormingen die in de afgelopen jaren al zijn doorgevoerd om de Brusselse automobilisten beter te begeleiden bij de transitie naar minder vervuilende mobiliteit: een uitgebreider openbaar vervoersaanbod, gratis of voordelige abonnementen voor bepaalde doelgroepen, een verhoging van het maximumaantal dagpassen in het kader van de LEZ, de aanleg van nieuwe P+R’s aan de rand van het Gewest en gratis parkeren in combinatie met een MIVB-ticket, enz.

Volgens een recente studie van de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) zou de verbetering van de luchtkwaliteit door de uitvoering van het Brussels gewestelijk mobiliteitsplan het mogelijk maken om tot 110 vroegtijdige sterfgevallen per jaar te voorkomen en tot 350 miljoen euro aan gezondheidszorgkosten te besparen. De invoering van duurzamere vervoerswijzen zou ook de uitstoot van broeikasgassen door de vervoerssector tegen 2030 met 75 % moeten verminderen.

Alain Maron, Brussels minister van Leefmilieu, Klimaattransitie, Gezondheid en Welzijn: “Het duurzaam maken van onze vervoerswijzen is cruciaal om de luchtkwaliteit en de gezondheid in Brussel te verbeteren en onze klimaatdoelstellingen te halen. Bij deze evolutie naar minder vervuilende mobiliteit wil ik dat er rekening wordt gehouden met de situatie van alle Brusselaars, in het bijzonder de meest kwetsbaren. Dat is de voorwaarde voor een breed draagvlak, zodat iedereen kan bijdragen aan de noodzakelijke verandering. Daarom hebben we deze sociale maatregelen genomen: om nieuwe oplossingen te bieden aan wie zich moeilijker kan verplaatsen, en zo de transitie nog eerlijker en toegankelijker te maken voor iedereen.”

Het besluit werd in eerste lezing aangenomen en zal nu worden voorgelegd aan de adviesraad voor de tweede lezing.

[1] De certificaten die worden afgegeven voor technische controles bepalen ruim van tevoren de datum waarop het betreffende voertuig van de weg wordt gehaald.