Skip to main content

Het Brussels Parlement heeft op vrijdag 9 december een ontwerp van ordonnantie goedgekeurd tot wijziging van het Wetboek van 25 maart 1999 van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven, en milieuaansprakelijkheid, om er een procedure van bestuurlijke transactie in op te nemen. Het doel: minder ernstige misdrijven sneller en efficiënter bestraffen. Een korte toelichting.   

Momenteel wordt het merendeel van de misdrijven administratief vervolgd, na een lange procedure (de met het toezicht belaste personeelsleden stellen processen-verbaal van overtreding op, die vervolgens aan de procureur des Konings worden overgemaakt). Het parket heeft zes maanden om te beslissen of de vermoedelijke dader van het misdrijf al dan niet wordt vervolgd. Bij het uitblijven van strafrechtelijke vervolging of van een beslissing van de procureur des Konings binnen de gestelde termijn, beslist de leidend ambtenaar van Leefmilieu Brussel of van Net Brussel, naargelang het geval, na de betrokken persoon de mogelijkheid te hebben gegeven verdedigingsmiddelen aan te voeren, over het opleggen van een alternatieve administratieve geldboete. In de praktijk kan die sanctieprocedure tot een jaar in beslag nemen, of zelfs meer, afhankelijk van het geval.

 

Dankzij de ordonnantie wordt de procedure vereenvoudigd en krijgen de met het toezicht belaste personeelsleden de mogelijkheid de vermoedelijke dader van het misdrijf een bestuurlijke transactie voor te stellen. Het gaat om de met het toezicht belaste personeelsleden van Leefmilieu Brussel, die van Net Brussel, die van de gemeenten en de boswachters. In het eerste kwartaal van 2023 zal Leefmilieu Brussel opleidingen voor alle genoemde vaststellers organiseren.

Met de nieuwe onmiddellijke transactie zullen de overheden in staat zijn sneller en doeltreffender op minder ernstige misdrijven te reageren. Bij betaling van de transactie binnen de gestelde termijn zal de strafvordering vervallen, alsook de mogelijkheid tot administratieve vervolging. In het geval van weigering van het transactievoorstel of niet-betaling van de transactie binnen de gestelde termijn, zal de hierboven beschreven ‘klassieke’ sanctieprocedure van het Wetboek van inspectie worden gevolgd.

Deze regeling zal een grote hulp zijn bij het bestrijden, maar ook bij het voorkomen van minder ernstige milieumisdrijven.

  • Dankzij de transactie zullen de overheden onmiddellijk op het misdrijf kunnen reageren, wat zal bijdragen tot een beter begrip en een betere sensibilisering van de overtreders.
  • Verder zal de transactie de overheden in staat stellen om meer van dit soort misdrijfdossiers te behandelen en dat sneller te doen – en er worden heel wat vaststellingen gedaan.
  • Ook blijkt de betalingsbereidheid van de overtreders groter dan bij een meer ‘klassieke’ procedure van administratieve geldboetes.

Misdrijven die het milieu ernstige schade kunnen toebrengen of die de gezondheid of de veiligheid van de bevolking kunnen schaden, kunnen niet voorkomen op de lijst van misdrijven die de regering in de komende maanden zal vaststellen.

Concreet:

  • Het bedrag van de transactie per misdrijf, dat door de regering in een uitvoeringsbesluit zal worden vastgesteld, zal tussen 50 en 2.500 euro liggen.
  • In het geval dat een met het toezicht belast personeelslid meerdere misdrijven vaststelt waarvoor een transactie mogelijk is, zal hij een transactie kunnen voorstellen en zullen de bedragen van de sommen bij elkaar worden opgeteld, mits het totaal niet meer dan 2.500 euro bedraagt.
  • De vermoedelijke dader heeft 14 dagen de tijd om het bedrag van de transactie te aanvaarden en te betalen. In het geval van weigering wordt het proces-verbaal aan het parket overgemaakt.
  • De bedragen van de transacties zullen aan het Fonds voor de bescherming van het leefmilieu of aan de gemeente worden gestort, naargelang het misdrijf werd vastgesteld door een met het toezicht belast gewestelijk dan wel gemeentelijk personeelslid.

Het doel is duidelijk: de gemeenten aanmoedigen om bestuurlijke transacties voor te stellen en deze gewestelijke misdrijven te bestraffen.

De regering zal zich in de komende maanden buigen over de lijst van misdrijven waarvoor een onmiddellijke transactie mogelijk is. De volgende voorbeelden kunnen alvast worden vermeld:

  1. Afval & sluikafval  
  • 75 euro bij een afvalvolume van minder dan 1 dm³
  • 150 euro bij een afvalvolume tussen 1 dm³ en 0,50 m³
  • 200 euro bij een afvalvolume tussen 0,51 m³ en 1 m³
  • 350 euro bij een afvalvolume van meer dan 1 m³
  • Afvalsortering: 150 euro
  • Beheers- en sorteerverplichting van producenten van niet-huishoudelijk afval: 150 euro
  • Verbod op plastic zakken voor eenmalig gebruik: 150 euro per type niet-conforme zak
  1. Verwarming  
  • Niet-naleving van de verplichtingen inzake EPB-oplevering of -diagnose van verwarmingssystemen, behalve als het misdrijf betrekking heeft op grote installaties met een nominaal vermogen van meer dan 500 kW: tussen 200 en 450 euro, afhankelijk van de situatie
  • Niet-naleving van de EPB-verplichting in vastgoedadvertenties: 200 euro per inbreukmakende advertentie
  • Niet-naleving van de verplichting inzake periodieke EPB-controle van verwarmingsketels en boilers:
  • 200 euro voor installaties met een nuttig nominaal vermogen van minder dan 100 kW
  • 350 euro voor installaties met een nuttig nominaal vermogen tussen 100 en 500 kW

 

  • Dierenwelzijn
  • Identificatie- en registratieplicht van honden en katten: 100 euro
  • Sterilisatie van katten: 200 euro

De transactie zal niet kunnen worden voorgesteld voor feiten van het achterlaten, de verwaarlozing of de mishandeling van dieren.

Alain Maron, Brussels minister van Leefmilieu en Openbare Netheid: “Vandaag is een belangrijke stap gezet. Dit ontwerp van ordonnantie past in het kader van het nieuwe clean.brussels-plan, dat vorige week werd voorgesteld. Het maakt met name snellere sancties mogelijk om het gevoel van straffeloosheid te voorkomen en zo recidive te beperken. Het zal ook de administratieve lasten verlichten, zodat de diensten meer tijd zullen kunnen besteden aan effectieve controle in het veld en met snellere resultaten. Tot slot zal het parket worden ontlast van de kleinste misdrijven.”

Tijdschema en invoering 

  • Januari 2023: tweede lezing van het besluit en verzoek om advies van de Raad van State
  • Maart/april 2023: derde lezing van het besluit en bekendmaking in het Belgisch Staatsblad
  • Mei 2023: inwerkingtreding en toepassing door de actoren