Skip to main content

Zoals bepaald in het Energie- en Klimaatplan en de gewestelijke beleidsverklaring, bereikt de Brusselse lage-emissiezone op donderdag 24 juni een nieuwe mijlpaal. De Brusselse regering heeft zopas in eerste lezing haar goedkeuring gehecht aan een besluit dat de bakens voor de toekomst uitzet, met name de dieseluitstap in 2030 en de benzine/LPG-uitstap in 2035. Een belangrijke beslissing om de gezondheid van de Brusselaars te beschermen en de gewestelijke klimaatdoelstellingen te behalen.

De gezondheid van de Brusselaars beschermen

Sinds haar invoering in 2018, speelt de lage-emissiezone (LEZ) in Brussel een cruciale rol in de vermindering van de luchtverontreiniging en bijgevolg in de verbetering van de gezondheid van de Brusselaars. Volgens recente analyses heeft zij bijgedragen tot een vermindering van de uitstoot van stikstofdioxide en fijnstof, afkomstig van het vervoer, met respectievelijk 11% en 11,5% in het Brussels Gewest.

Ondanks deze verbeteringen woont een meerderheid van de Brusselaars helaas nog steeds in buurten waar de luchtverontreiniging boven de door de WGO aanbevolen gezondheidslimieten ligt. Deze verontreiniging is hoofdzakelijk te wijten aan het wegvervoer. Om de gezondheid van de burgers beter te beschermen, heeft de Brusselse regering daarom de dieseluitstap in 2030 en de benzine/LPG-uitstap in 2035 bevestigd, en heeft zij de nieuwe fasen van de lage- emissiezone gespecificeerd.

Deze beslissing sluit aan bij de doelstelling die talrijke grotere Europese steden zoals Amsterdam, Parijs, Londen of Oslo onderschrijven om de uitfasering van voertuigen met een verbrandingsmotor geleidelijk aan te bewerkstelligen en zo de gezondheid van hun inwoners te beschermen1. Zij heeft ook tot doel het Gewest in staat te stellen zijn klimaatdoelstellingen te behalen en bij te dragen aan het bereiken van de Europese doelstelling van koolstofneutraliteit tegen 2050.

Nieuwe mijlpalen met een roadmap om de transitie rechtvaardig te maken

Om ervoor te zorgen dat deze ambitieuze transitie voor bedrijven en huishoudens geleidelijk en rechtvaardig verloopt, heeft de regering ook een roadmap goedgekeurd, genaamd ‘Low Emission Mobility Brussels’. Die bevat tal van begeleidende maatregelen, gericht op specifieke Brusselse actoren, zoals personen met beperkte mobiliteit, kleine ondernemingen of autodelen. Financiële steun, informatie en bewustmaking, uitrol van laadpalen voor elektrische voertuigen: in de komende jaren zullen tal van maatregelen worden genomen om de transitie te vergemakkelijken. Over die maatregelen zal uitvoerig overleg worden gepleegd met de betrokken actoren.

Gelijktijdig met de goedkeuring van het LEZ-tijdschema, heeft de regering ook besloten om:

  • De LEZ-premie voor Brusselse kmo’s te versterken en aan te passen, om ze toegankelijker te maken en om de aankoopprijs van een elektrisch en een thermisch bedrijfsvoertuig gelijkwaardig te maken. De premie zal ook aangewend kunnen worden voor het leasen van voertuigen.
  • Mobiele controleteams in te voeren vanaf 2022, die erop zullen toezien dat buitenlandse voertuigen die in Brussel rijden, voldoen aan de criteria van de lage-emissiezone.
  • Een ‘verkeersarmoedemanager’ binnen de Brusselse administratie aan te stellen, om de steunmaatregelen voor de meest kwetsbare doelgroepen te versterken en meer aandacht aan hen te besteden, en de overwegingen systematisch op te nemen in het Brusselse beleid.

Die maatregelen komen bovenop een reeks belangrijke beslissingen die het Brussels Gewest onlangs heeft genomen om een minder vervuilende mobiliteit aan te moedigen, zoals:

  • De beslissing om de komende jaren ongekende budgetten vrij te maken voor mobiliteit in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waaronder bijna een miljard euro voor het openbaar vervoer (bus, tram en metro) in 2021 om het aanbod en de toegankelijkheid ervan te verbeteren.
  • De verregaande hervorming van de aan particulieren toegekende Brussel’Air-premie, waarvan het budget is verviervoudigd, die werd aangepast aan de inkomens van de huishoudens en die binnenkort tal van nieuwe mobiliteitsalternatieven zal integreren.
  • De goedkeuring en uitvoering van een gewestelijke strategische visie voor de uitrol van laadpalen voor elektrische voertuigen, waarbij ernaar wordt gestreefd om tegen 2035 22.000 publiek toegankelijke laadpunten te realiseren.

Rudi VERVOORT (minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering): “Met deze nieuwe stap in de organisatie van de Brusselse lage- emissiezone bevestigen we dat het Gewest streeft naar een sociaal rechtvaardige klimaattransitie. Er zijn al sociale begeleidende maatregelen voorzien voor dit project en er zullen er nog andere worden uitgewerkt, zodat iedereen afhankelijk van zijn of haar behoeften een geschikte manier kan vinden om zich te verplaatsen, die beter is voor de luchtkwaliteit en het klimaat.”

Alain MARON (minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Klimaattransitie, Leefmilieu en Energie): “In Brussel heeft de lage- emissiezone de luchtkwaliteit al verbeterd. De regering geeft vandaag een nieuw en duidelijk signaal: ze wil verder gaan om de gezondheid van haar inwoners te beschermen, minder vervuilende mobiliteit aan te moedigen en de Europese klimaatambities waar te maken. Deze beslissing zal in het bijzonder ten goede komen aan onze kinderen en ouderen, alsook aan de meest kwetsbare groepen, die in hoge mate worden blootgesteld aan de schadelijke gevolgen van de verontreiniging. Door een duidelijke roadmap op te stellen, zorgen we er ook voor dat niemand aan de zijlijn blijft staan bij deze transitie.”

Elke Van den Brandt (minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit): “Brussel investeert massaal in alternatieven voor de privéwagen. Eerst en vooral in het openbaar vervoer: in 2020 alleen al werd 1 miljard euro geïnvesteerd in de MIVB om de Brusselaars een toegankelijker, fijnmaziger, frequenter bediend en comfortabeler netwerk aan te bieden. Wat verplaatsingen te voet en per fiets betreft wordt ingezet op fietspaden, routes voor voetgangers,en een autoluwe stad om de actieve verplaatsingswijzen veilig en aangenaam te maken. Ook de pendelaars worden niet vergeten: voor hen hebben we de tariefintegratie afgerond, die toelaat om met één ticket alle aanbieders van openbaar vervoer in de hoofdstad te kunnen gebruiken. Ook investeren we in nieuwe Park+Rides om pendelaars mee te laten genieten van een meer leefbaar, vlot en gezond Brussel.”

Sven Gatz (minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Begroting): “Zoals in het regeerakkoord overeengekomen, hebben we een kalender goedgekeurd om via de LEZ-zone een geleidelijke overgang mogelijk te maken naar minder vervuilende voertuigen in Brussel. Dit is nodig om de luchtkwaliteit in het Gewest te verbeteren, de gezondheid van de inwoners te verbeteren en onze klimaatdoelstellingen te behalen. Deze beslissing gaat gepaard met ingrijpende begeleidingsmaatregelen, zoals investeringen van meer dan één miljard euro in het openbaar vervoer.”

Barbara Trachte (staatssecretaris voor Economische Transitie): “We moeten ook de economische kansen van de koolstofarme transitie grijpen en er tegelijk voor zorgen dat de transitie naar een minder vervuilende mobiliteit geleidelijk en eerlijk verloopt. Met de regering werken we aan de herziening van de LEZ-premie om bedrijven beter te begeleiden.”

Dr. Maria Neira (directrice van het departement Leefmilieu, Klimaatverandering en Gezondheid van de WGO): “Een goed gepland vervoerssysteem biedt enorme en onmiddellijke voordelen voor de gezondheid, duurzaamheid en klimaatactie – een win-win-winsituatie! De geleidelijke afschaffing van voertuigen met een verbrandingsmotor is een belangrijke stap in de goede richting, en moet gepaard gaan met acties om de verplaatsingen te doen verschuiven naar lopen, fietsen en schoner openbaar vervoer en vrachtvervoer, en met maatregelen om de afhankelijkheid van gemotoriseerde vervoerswijzen te verminderen door middel van een geïntegreerd beheer van het vervoer en de ruimte. De gezondheidsgemeenschap is bereid de integratie van gezondheid in de planning en het beheer van vervoerssystemen van de 21e eeuw te ondersteunen.”

Karen Vancluysen, secretaris-generaal van het stedennetwerk POLIS: “Nu we langzamerhand uit de COVID-19-crisis komen, mogen we niet vergeten dat een andere gezondheidscrisis onze steden heeft bedreigd en dat nog steeds doet. Luchtverontreiniging mag dan minder tastbaar zijn, ze is niet minder ernstig wat de gevolgen voor de gezondheid en het welzijn van de burgers betreft. Met deze beslissing sluit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zich aan bij een groep ambitieuze en toekomstgerichte Europese steden die de negatieve en dramatische gevolgen van luchtverontreiniging niet langer als nevenschade aanvaarden.”